| Gezinsblad |
|
Cornelis van Sweden, geb. ± 1670 te Polder van Namen (thans: 's-Gravenpolder), ovl. ± 1737 te Schore, beroep(en): Schout en landbouwer, zoon van Cornelis van Sweden en Cornelia Passchiers Wagenaer http://www.genealogieonline.nl/en/stamboom-van-der-werf/I3513.php http://www.vanzweeden.nl/zweeden/zweeden.htm Diverse aantekeningen over pacht staan in Registerbouck van de Kerkelijke goederen van Vlake 1644-1721. Vertegenwoordigt de predikant van Schore en Vlake, Christiaan Elsevier bij de transactie van eenhuis (Raze 3480,1730). Verkoopt op 12-1-1731 een weide gelegen in Vlake "in den hoek besuijden het clooster op het hooge landt" aan Willem Marcusse Spruijt (Raze 2976,1731). Leent op 22-12-1731 83.6.8 ponden Vlaams van Pieter van Daelwijk, als onderpand dient "zijn landhoek met daar annex erv, hof en boomgaarde, zamen groot 4 gemet 272 roeden, staande en gelegen onder de parochie van Vlake in denhoek daar de schout comparant woond" (Raze 3483,1731). Vertegenwoordigt Cornelis Laurisse Knuit bij geldlening (Raze 3480,1735). Erfgenamen verkopen hofstede, schuur en erven in de buurt Spaerte in het westambt van Kappele aan Jozias Daelwijk (Raze 2962,1737). Vlake, rekeningen NH kerk 1645-1721, rekening etc. 26-5-1703. Cornelis van Zweden baant in de hoek daar Claas Stellenaars stede plagh te staan 240 roeden ... (1704-1720). Gehuwd 30 apr 1692 te 's-Gravenpolder, @N196@ met: Jannetje Jacobs Huisman, geb. te Kloetinge, ovl. voor 1730, dochter van Jacob Adriaans Huisman en N.N. http://www.genealogieonline.nl/en/stamboom-van-der-werf/I3513.php |
|
1) Jacomijntje Cornelisdr. van Sweden, geb. ± 1705 te Vlake, ovl. ± dec 1765 te Vlake http://www.genealogieonline.nl/en/stamboom-van-der-werf/I3513.php Op 18 mei 1762 wordt door zijn vrouw Jacomijntje een testament opgemaakt,waaruit blijkt dat zij weduwe is. Op 18 mei 1762 comparneerde Jacomina Cornelisse van Sweden,weduwe van Jacob Rottier voor notaris Leonard de Fouw te Goes alwaar ze een testament laat opmaken,dat behelst dat haar kinderen universeel erfgenaam zijn. Als voogd over de minderjarige kinderen worden haar zoon Jacob Jacobsse Rottier en haar schoonzoon Adriaan Matthijsse Kakebeke aangewezen. Ze verklaart verder; "Nogthans onder expresse conditien dat haar testatrices soon Cornelis Jacobse in leven zijnde,het na doode van haar testatrice in sijn magt en keuze zal hebben om haar tetatrices hofsteede,theans bijhaar bewoond met de nobre van een honderd gemeten van het beste daaraan gebaand hebbende weij en zaaijland gelegen onder Schoore voorgemeld als de Vlaque door deselven uit te kiezen" Gehuwd 10 jul 1727 te Schore met: Jacob Jacobsz Rottier, geb. ± 1700 te Schore, ovl. ± 1762 te Schore, beroep(en): schepen en schout (vanaf 1751) van Schore, zoon van Jacob Benjaminse (Joziaszn ?) Rottier en Willemijntje Jacobse (Willemke) op´t Hof Vanaf 11 september 1751 wordt Jacob voor het eerst als schout van Schore genoemd. Hij zit dan steeds de vierschaar voor. "Het woord vierschaar dekte in de middeleeuwse rechtsterminologie meerdere begrippen. Allereerst werd ermee bedoeld de plaats van de terechtzitting. Het verweesook op de vier banken die er werden opgesteld: één voor de schout, één voor de schepenen of rechters daartegenover, één bank links voor de aanklager of eisende benadeelde en één bank rechts waarop debeschuldigde of verweerder plaatsnam. Vierschaar is ook nog bedoeld als synoniem van de zitting zelf". Voordien was hij schepen. Een schepen was voorheen wat thans de wethouders zijn, de schout is dan de burgemeester. |